Visie op slapen en eten
Jonge kinderen willen twee dingen weten: ‘Mag ik hier zijn?’ en ‘Mag ik zijn wie ik ben?’ Bij Kleinlab geven we antwoord op die vragen door altijd kindvolgend te werken. We gaan er, net als pedagogen Emmi Pikler en Aletha Solter, van uit dat kinderen weten wat zij nodig hebben om zich goed te voelen en zich te ontwikkelen. Als wij daarop vertrouwen, leren de kinderen ook zichzelf te vertrouwen. Zo ontwikkelen ze zelfvertrouwen en een eigen wil. Bij Kleinlab willen we dat kinderen opgroeien tot mensen die hun eigen keuzes kunnen maken. Dat kan alleen als we hun eigenheid respecteren, juist ook op het gebied van slapen en eten: twee van de meest basale behoeftes van jonge kinderen.
Dat betekent in de praktijk dat we kinderen niet op een bepaalde tijd wakker maken. We begrijpen dat het heel vervelend is als je kind ’s avonds niet naar bed wil, maar hem overdag eerder wakker maken kan juist averechts werken. Het kinderdagverblijf is anders dan thuis, want hier wordt je kind de hele dag door geprikkeld; er zijn steeds mensen om hem heen, er zijn geluiden, er is nieuw speelgoed et cetera. Ook is het voor een kind vaak moeilijker om zijn emoties te ontladen in een andere omgeving dan thuis, ook al mag hij bij Kleinlab al zijn emoties uiten. Je kind zal daarom meer behoefte hebben aan slaap dan op de dagen dat hij thuis is. Als wij hem te vroeg wakker maken, lopen we het risico dat we je kind overprikkelen, waardoor hij in de avond alleen maar slechter gaat slapen.
Wij gaan ervan uit dat je kind wakker wordt als hij voldoende heeft geslapen. Alleen hij weet hoeveel slaap hij op een bepaalde dag nodig heeft, dat verschilt namelijk per kind én per dag.
Andersom respecteren we het ook als je kind niet meer overdag wil slapen. Wij zullen kinderen nooit dwingen om te slapen. Wel proberen wij gedurende de dag verschillende rustmomenten in te bouwen, zodat je kind niet overprikkeld raakt.
Ook wat eten betreft volgen we de behoefte van je kind. Als een kind aangeeft niet of heel weinig te willen eten, dan accepteren we dat. We bieden het aan, maar zullen een kind dus nooit dwingen iets te eten.